top of page

Kleine huisjes voor grote mensen

- Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Spiegelbeeld Magazine, 4 mei 2020.


"Tiny houses" of in gewoon Nederlands 'kleine huisjes' voor grote mensen. Zelf moet ik toegeven dat de Engelse benaming sexier klinkt en een belofte aan avontuur en zorgeloos bestaan herbergt.


Voor diegene die nog niet bekend zijn met het fenomeen: er is een beweging in de wereld gaande waar meer en meer mensen zich in kunnen terugvinden. Ze zijn het beu om maandelijks een groot deel van hun inkomen te moeten verdelen onder bank en Staat en kiezen voor een

leven met 'minder'. Dat wil zeggen minder vaste lasten en meer vrijheid om het leven te leiden zoals zij het zelf willen. Meer vrije tijd en minder zorgen om bezit. Een verminderde hechting aan materiele zaken en het terug meer gaan leven met meer om te leven.


Huis en haard wordt verkocht en verruild voor een klein huisje van maximum vijftig vierkante meter. Een houten huisje op wielen dat je met je mee kunt nemen als je verhuist. Weg met het tv-tafeltje dat je nog van tante Mien hebt gekregen, de mooie leren dubbelzitter met

bijpassende hocker in de woonkamer en de zonnebank. Daarvoor in de plaats krijg je een kleine houten woning die pragmatisch is ingedeeld maar wel is voorzien van alle gemakken.


Mij leek het wel wat. Wel met wat bedenkingen: twee volwassenen en vier kinderen in vijftig vierkante meter zou wel eens erg gezellig kunnen worden. Zeker bij guur weer. En de hamster moet natuurlijk ook mee. Dat is dan natuurlijk nog eens een vierkante meter minder. Ik liet het idee even rusten.


Maar toen viel de rekening van de weer eens verhoogde WOZ-waarde op de mat. Onze bruine voordeur made in de jaren '70 herinnerde me er nog even aan dat deze wel eens een likje witte verf kon gebruiken en de in het ochtendgloren fluitende vogeltjes richtte liefdevol mijn aandacht op de tuin die ook wel op het lijstje mocht van het jaarlijks groot onderhoud.


Dus kleiner wonen, met een minder groot takenlijstje. Ik was voor. Tijd voor actie. Het web op.


Het is niet lastig om een huisje te vinden. De prijs valt ook mee. Alleen moet je er rekening mee houden dat je geen hypotheek kunt afsluiten. Maar met onze overwaarde zou dit wel eens moeten lukken. Er bestaan echt hele leuke huisjes. Ik zie mezelf al met man en kinderen in de

gezellige woonkamer vertoeven. Terwijl ik dit schrijf kijk ik liefdevol rond me heen. Zoonlief van acht jaar zit onder de tv-tafel. De oudste dochter hangt met haar benen naar boven hoofd naar beneden op de bank terwijl ze een boek leest. De jongste dochter zit rustig naast mij op de bank te haken. De oudste zoon is even kwijt. Toch even een aantekening maken op mijn lijstje.

Bestaat er een kidsproof tiny house? Wie heeft ervaring? Mijn kinderen blijven namelijk niet altijd zitten. Een uittrekbare overkapte veranda ofzo waar ze de nodige rek en stretch oefeningen kunnen doen bij slecht weer?


Ook het vinden van een lapje grond blijkt moeilijk in Nederland. Gemeentes hebben geen idee hoe ze moeten omgaan met de aanvragen voor tiny houses. Er is namelijk nog geen beleid voor. Sommige projectontwikkelaars hebben ideeën om kavels te verhuren of te verkopen om tiny houses op te zetten. Maar dan bestaat de kans op eenheidsworst en overregulering en wil niet iedereen uniek zijn? Huurinstanties willen de tiny houses gebruiken om het tekort aan huurwoningen te compenseren en recreatieparken willen ze als te huren onderkomens voor de nieuwsgierige mens aanbieden. Maar wat met het originele idee? Het idee waar ik me wel kon in vinden? Een houten huisje op wielen idyllisch gelegen op een stukje grond aan het bos of aan een stroompje? Off-grid of on-grid, maar gevrijwaard van de strenge richtlijnen van een Staat die toch wel overgeregelementeerd is? In hoeverre blijft dit idee van een tiny house nog

overeind?


Afijn. Ondanks mijn bedenkingen vind ik het nog steeds een geweldig idee. Deze maand gaan we naar een open dag van een tiny house aanbieder. Met zijn zessen. Want de eerste reactie van de

aanbieder als we met ons clubje binnen komen spreekt toch boekdelen. En aan die lieve boer in Noord-Limburg die wel eens stukje van zijn land wil verhuren: denk je even aan ons?

bottom of page